Meer impact door slimmer samenwerken in dementieonderzoek
De komende jaren stijgt het aantal mensen met dementie hard. In 2040 leven er naar verwachting een half miljoen mensen in Nederland met dementie. Het ministerie van VWS werkt met een Nationale Dementiestrategie (NDS) aan het verbeteren van de kwaliteit van leven van mensen met dementie én het voorkomen of vertragen van de ziekte.
Onderdeel van de strategie is het Onderzoeksprogramma Dementie (OPD), waarin consortia in het hele land samenwerken aan kennisontwikkeling en toepassing. AEF werd gevraagd om mee te kijken: hoe is die infrastructuur nu eigenlijk ingericht? En waar liggen kansen om die te versterken?
Wat was precies de vraag van ZonMw aan AEF?
Inez: “ZonMw vroeg ons om de infrastructuur van het OPD in beeld te brengen. Hoe werken de consortia samen met onderwijs, zorgpraktijk en beleid? Waar liggen kansen om beter te verbinden of dubbel werk te voorkomen? Met dit inzicht wil ZonMw goed voorbereid de tweede fase van het programma vormgeven. We hebben documenten geanalyseerd, met betrokkenen gesprokenen en onze bevindingen getoetst in validatiesessies met de consortia.”
Wat zijn jullie belangrijkste bevindingen en aanbevelingen?
“We zagen dat de infrastructuur volop in ontwikkeling is. Vooral de verbinding met het onderwijs en de zorgpraktijk kan sterker, bijvoorbeeld door onderzoeksresultaten beter te vertalen naar opleidingen en toepassingen. Ook adviseren we om de gezamenlijke positie van de consortia richting beleid te versterken, zonder de diversiteit van invalshoeken te verliezen. Tot slot hebben we gewezen we op het belang van verbinding tussen onderzoek naar het voorkomen van dementie en het omgaan met dementie – twee benaderingen die elkaar juist kunnen versterken.”
Wat levert het verbeteren van de infrastructuur uiteindelijk op voor mensen met dementie?
"Door de infrastructuur van het dementieonderzoek te versterken, kunnen nieuwe inzichten sneller hun weg vinden naar de praktijk. Denk bijvoorbeeld aan betere diagnostiek of leefstijlinterventies die het risico op dementie kunnen verlagen. Als consortia beter samenwerken en kennis goed wordt gedeeld, profiteren mensen met dementie én hun naasten eerder van wat het onderzoek oplevert. Zo draagt een sterke infrastructuur direct bij aan het verbeteren van de kwaliteit van leven én het voorkomen van dementie."
Waar liep het proces soepel en waar lagen de knelpunten?
“De betrokkenheid van de consortiumleiders was groot, wat zorgde voor open gesprekken en scherpe inzichten. De validatiesessies waren waardevol om ons beeld aan te scherpen. Een uitdaging zat in de start van het project: het kostte tijd om met de opdrachtgever tot een heldere en gedeelde onderzoeksvraag te komen. Door in een vroeg stadium tussenresultaten te delen, konden we bijsturen en toch samen tot een goed eindresultaat komen.”
Hoe kijk je zelf terug op dit project?
“Wat ik mooi vond, is dat we onze kennis van de zorgpraktijk en het onderzoek hier echt konden combineren. Als team vulden we elkaar daarin goed aan. Persoonlijk vond ik het inspirerend om te zien hoe veelbelovend het dementieonderzoek is – niet alleen gericht op genezing, maar ook op hoe we het leven met dementie kunnen verbeteren. Het geeft hoop en richting in een belangrijk maatschappelijk vraagstuk.”
Vragen? Stuur Inez een berichtje!
